“Mocht je nog een ergernis hebben en zin hebben deze op papier te zetten, ga gerust je gang”, een op het eerste oog weinig opmerkelijke zin. Tot het moment dat de context duidelijk wordt en de pure wanhoop binnen deze woorden aan het licht komt. Ik, mijn beste dames en heren, ben een ICT’er.
De algemene beschrijving is waarschijnlijk wel bekend: botmagere scharminkels of juist enorme vetlellen, zolang het maar een uiterste is, een paardenstaart, mislukte nekbaard en een T-shirt van een obscure metal-band. Chick-magnets zijn we, of in ieder geval, binnen onze virtuele wereld, terwijl we zielsalleen in een stoffig kamertje met een controller in de hand onderuitgezakt in de bank hangen. Ja, dit is een topbasis voor een lekker potje creatief schrijven!
Deze wanhoopspoging komt duidelijk niet vanuit het niets opzetten. “Nog 31 (!) blogposts voor de 23e”, zo werd de situatie nader uitgelegd. Een ‘quotum’ dus, de meest verschrikkelijke beoordelingsvorm die zich steeds dieper begint te nestelen in alle lagen van onze samenleving. Vrouwenquotum binnen de bestuurlijke top, verkoopquotum voor de arme clipboardverkopertjes van het WNF, bonnenquotum voor het blauw op straat. Het boeken van resultaat wordt vaker en vaker gerelateerd aan cijfermatige doelen, aantallen en winstbedragen, waarbij de inhoud van secundair belang lijkt te zijn. Gemakkelijk te beoordelen natuurlijk, dat wel.
Deze bedroevend bureaucratische vorm van bewijslast haalt de kleur uit onze maatschappij en veranderd deze in een stomme zwart-wit film. Zonder Charlie Chaplin dan, hij viel een keer te weinig. De stelselmatig verkeerde interpretatie van resultaat en beoordeling zonder enig besef van abstractie leidt tot de creatie van eenheidsworsten, klaar om precies dat te doen wat hem verteld wordt. “Ja meneer, nee meneer”. Creativiteit en eigen initiatief is in dit doembeeld eenieder vreemd, zolang targets gehaald worden gaat alles perfect. De vraag of het misschien beter, mooier, ethischer kan is hierbij niet belangrijk. Sterker nog, er is geen tijd om hier over na te denken, stel je voor dat we ons quotum missen!
Binnen Baltan Labratories, gevestigd in het NatLab te Eindhoven, is een neonbord te vinden met de tekst “The true method of knowledge is experiment”. De geschiedenis onderbouwt deze stelling, de eerste stappen naar o.a. de cassettespeler en het digitale audiobestand zijn door Philips binnen ditzelfde NatLab gezet onder het mom van ‘het vrije experiment’. Op het gebied van massaproductie kan ons land nooit op tegen de grote spelers als China en India, hiervoor zijn we simpelweg te klein en te duur. Nederland is daarentegen een land van innovatie. Door ruimte en tijd te bieden aan nieuwe ideeën en ondernemerschap weten wij een sterke concurrentiepositie te behouden. Juist daarom is het zo belangrijk om experimentatie, creativiteit en eigenzinnigheid te stimuleren, waarbij we niet bang moeten zijn voor mislukkingen en voor het niet halen van een quotum.
Het schrijven van dit stuk draagt ironisch genoeg bij aan het halen van een quotum en daar is op zichzelf niets mis mee. Begrijp me namelijk niet verkeerd; Ik denk dat beoordelingscriteria nodig zijn en dat er ook op het gebied van kwantiteit bepaalde eisen gesteld moeten worden. Echter zou dit in elk geval ondergeschikt moeten zijn aan de kwaliteit van het geleverde werk, iets wat door de oogkleppen der doelgerichtheid helaas te vaak vergeten wordt.
Liefs, Martijn